Museale objecten beschikbaar voor restauraties en hergebruik

Het Noordelijk Scheepvaart Museum ontwikkelt zich naar een meer algemeen museum voor Groningen. In dat kader is het museum druk doende om een gedeelte van de collectie te ontzamelen. Het museum volgt hierbij de zgn. LAMO procedure (Leidraad Afstoten Museale Objecten).

 

In 2019 heeft het NSM de LVBHB benaderd om een rol te spelen in deze LAMO procedure. Het ging in dit geval over objecten die het museum in opslag had. In december zijn in het kader van de procedure eerst andere musea aan de beurt geweest om uit de hele verzameling objecten uit te kiezen. Met de LVBHB is afgesproken dat na de musea de LVBHB de resterende objecten zou komen ophalen, opslaan en proberen er weer een goede bestemming voor te vinden.

 

Voor de LVBHB heeft altijd voorop gestaan dat de objecten niet verloren mogen gaan en – sterker nog – het liefst juist weer in gebruik zouden worden genomen op een historisch verantwoorde wijze.

 

De bijna 300 objecten zijn opgehaald en stuk voor stuk gefotografeerd, gedocumenteerd en van een korte omschrijving voorzien.

 

Het is nu zover dat de objecten aangeboden kunnen worden aan alle leden van alle behoudorganisaties.

 

Ten einde een zorgvuldige procedure te volgen waarbij goed en verantwoord hergebruik prioriteit heeft, zijn een aantal spelregels ontwikkeld voor de toewijzing van de objecten.

  1. De beschikbare objecten zijn te vinden op https://www.lvbhb.nl/museumstukken/
  2. Belangstelling voor een object kan uitsluitend via email kenbaar gemaakt worden aan museumstukken@lvbhb.nl
  3. Per object dient een motivering ingediend te worden waarin duidelijk wordt omschreven wat er met het object gaat gebeuren. T.a.v. de motivering zal vooral worden gelet op hergebruik en/of gebruik voor restauratie.
  4. Teneinde ongewenste handel en/of “hamsteren” te voorkomen dient per object een bod uitgebracht te worden. Het NSM heeft de objecten “om niet” aan de LVBHB ter beschikking gesteld. De opbrengst van de biedingen zal gebruikt worden voor dekking gemaakte kosten en voor evt. “overschot” zal een gepaste bestemming worden gevonden die ten goede komt aan het Varend Erfgoed.
  5. Toewijzing geschiedt door de beheerder van de museumobjecten op basis motivering en bod
  6. Belangstellenden krijgen per email bericht als een object is toegewezen en een factuur vanuit de LVBHB van de penningmeester. Facturen worden per email toegezonden. Bij niet nakoming van de factuur zal de penningmeester van de betreffende behoudorganisatie worden aangesproken.
  7. Vervolgens kunnen afspraken gemaakt worden over ophalen, verzenden of anderszins
  8. Voorwaarde is dat de belangstellende lid is van een behoudorganisatie. Bij de aanvraag dient daartoe “bewijs” meegeleverd te worden (bijv. lidmaatschapsnummer) en het eigen adres. Bij twijfel zal via de betreffende behoudorganisatie gecheckt worden of de belangstellende inderdaad lid is.

Dus heel in het kort:
1. Alleen voor leden behoudorganisaties
2. Alle info te vinden op de website van de LVBHB
3. Belangstelling kenbaar maken bij museumstukken@lvbhb.nl met motivering en bod